
John Ray (1627–1705) definieerde een soort als:
"Een groep organismen die in uiterlijk en structuur sterk op elkaar lijken en die zich onderling kunnen voortplanten om vruchtbare nakomelingen te krijgen."
Deze definitie was revolutionair in zijn tijd, omdat het een biologische basis gaf aan het begrip soort, in plaats van alleen uiterlijke kenmerken te gebruiken.
John Ray (1627–1705) was een Engelse natuuronderzoeker, theoloog en pionier in de biologie en taxonomie, werd geboren in Black Notley, Essex, en bracht het grootste deel van zijn leven door in dit gebied. Hij studeerde en werkte aan de Universiteit van Cambridge. Hij wordt vaak beschouwd als een van de grondleggers van de moderne systematiek en de biologische soort-definitie.
Belangrijkste bijdragen aan de wetenschap:
- Definitie van een soort: Ray definieerde soorten op basis van hun onderlinge voortplanting en fysieke kenmerken, wat een vroege basis vormde voor het moderne soortconcept. Daar hij ook theologisch gevormd was, is het idee van zijn definitie niet ver te zoeken. Op de eerste bladzijde van de Bijbel wordt het wel ze we 10 keer benadrukt.
- Taxonomie en classificatie: Hij ontwikkelde een vroege vorm van biologische classificatie en onderscheidde planten en dieren op basis van structurele overeenkomsten.
- Publicaties: Zijn bekendste werken zijn "Historia Plantarum" (een uitgebreide catalogus van planten) en "The Wisdom of God Manifested in the Works of Creation” , waarin hij de harmonie tussen wetenschap en geloof benadrukte.
- Afwijzing van spontane generatie: Ray geloofde dat organismen een goddelijke oorsprong hadden en verwierp het idee dat leven spontaan uit niet-levende materie kon ontstaan.
Zijn werk legde de basis voor latere wetenschappers, waaronder Carl Linnaeus, die het binomiale naamgevingssysteem introduceerde.