Skip to main content

Het bedrijven van wetenschap

Inleiding

Voor we hier als creationisten goed van start kunnen gaan, moeten we eerst enige definities neerzetten. Het creationisme heeft nogal wat kritiek te verduren van de traditionele wetenschap: men verwijt ons namelijk om onwetenschappelijk bezig te zijn. Hoe moeten we te werk gaan om in de ogen van de evolutionisten wel degelijk 'wetenschappelijk' te werk te gaan?

Wetenschap

Laten we Wikipedia raadplegen voor een 'ongekleurde' definitie van wetenschap:

  • "Wetenschap is de benaming voor het weten van de mens, voor de georganiseerde kennis in de samenleving, en voor de organisatie van de wetenschap. ...
  • Heel in het algemeen kan er ook over wetenschap gesproken worden als 'het weten', of 'de kennis'. Meestal wordt er echter gedoeld op de specifieke methode, om tot die kennis te komen, zoals hierboven omschreven.
  • Wetenschap hangt sterk samen met de westerse cultuur en vindt zijn oorsprong grotendeels in de Griekse filosofie."

(de inhoud van het artikel op de site van Wikipedia is ondertussen gewijzigd, maar is niettemin zeer nuttig in het licht van dit artikel)

Tot onze verwondering zien we bij de definitie al het eerste probleem opduiken: het verband tussen de Griekse filosofie en de wetenschap. Maar laten we eerst de specifieke methode van het bedrijven van wetenschap eens onder de loep nemen.

Wetenschappelijke methode

Laat ons eerst Frank Wolfs, Professor Physics aan de University of Rochester citeren in verband met dit onderwerp: "The process by which scientists, collectively and over time, endeavor to construct an accurate (that is, reliable, consistent and non-arbitrary) representation of the world." ofwel "De wetenschappelijke methode is het proces waarmee wetenschappers (of andere mensen), ongeacht plaats of tijd, in staat zijn een accurate (dat is betrouwbare, consistente en onbevooroordeelde) voorstelling van de wereld te maken." (Wolfs, F. 1996. Introduction to the scientific method. Physics Laboratory Experiments, Appendix E, Department of Physics and Astronomy, University of Rochester.)

Weer zoeken we in Wikepedia op wat de wetenschap met de term bedoelt:

  • "Voor wetenschappelijk onderzoek hanteert men bepaalde wetenschappelijke criteria en onderzoeksmethoden. De studie van wetenschap en de wetenschappelijke methode heet wetenschapsfilosofie. De methode die het meest gangbaar is, is maken van falsificieerbare modellen op basis van empirie, zoals dat werd geformuleerd werd door Karl Popper.
  • De wetenschappelijke methode bestaat uit drie stappen die een zich herhalend proces beschrijven:
  1. Begin met een (of meer) waarneming(en)
  2. Stel een theorie op om de waarneming te verklaren
  3. Uit de theorie volgen voorspellingen over andere waarnemingen.
  4. Controleer de voorspellingen. Als er een niet klopt, ga terug naar stap 1 om een nieuwe theorie op te stellen."

 (sinds het schrijven van dit artikel werd het artikel op Wikipedia aangepast - je zal deze woorden dus niet letterlijk terugvinden.)


Wie dus bovenstaande werkwijze hanteert is, wetenschappelijk bezig.

In het schema hieronder is een en ander aanschouwelijk voorgesteld.

In bovenstaand schema zijn de blauwe pijlen representatief voor de filosofische oorsprong van de denkpiste van de wetenschappers. Vooral de basis hiervan is ‘betwistbaar’. De groene pijlen geven de 'wetenschappelijke methode’ aan. Deze moet in principe steeds werken (of van toepassing zijn). Moest dit niet het geval zijn, dan kunnen we met deze wetenschap geen technologie maken.

De wetenschapsstroom (rode pijlen) zijn het resultaat van het werk van de wetenschappers. Het spreekt voor zich dat wat in de kennis terecht komt, juist moet zijn. Wat in ‘theorie’ en ‘voorspellingen’ terecht komt, is eigenlijk nog geen wetenschap in die zin dat men nog niet zeker weet of het juist is, wat daar wordt beweerd.  


Een tweede betwistbaar punt zijn de 'axioma’s' en de 'stellingen' die eigenlijk cultuur afhankelijk zijn. In principe is hiermee zoveel gezegd als zou 'de werkelijkheid afhankelijk zijn van de cultuur' dit kan natuurlijk niet.

De volgende vraag komt op: Is de Griekse cultuur de juiste, als startpunt voor de wetenschap?

Refereren naar ander wetenschappelijk werk

Een gangbare en wijdverbreide manier van werken in de wetenschappelijke wereld, is het refereren naar het schriftelijk werk van anderen. De wetenschappelijke wereld blijkt een hoge waarde te hechten aan referenties naar de inhoud van wetenschappelijke boeken.

De ervaring leert dat dit principe niet feilloos is. Dikwijls zijn de resultaten van de onderzoeken die men doet, in conflict met de rapportering van collega's over hun onderzoeken. Nader onderzoek geeft dan meestal aan dat in de eerste testen een aantal parameters niet bekend waren. Om deze reden zijn wij niet zo gesteld op  referenties naar het werk van anderen. De regel is dan om zelf de proef (meerdere keren) te herhalen in de omstandigheden van het eigen werk.

Het wetenschappelijk onderzoek is in de 21ste eeuw op zulk een hoog niveau gekomen, dat het aantal parameters dat meespeelt om een bepaald (nieuw) effect te veroorzaken, zeer groot kan zijn. Het overzien van één of meerdere parameters kan de conclusies enorm beïnvloeden.

Ook klanten van de automobielsector waar ik werk (de schrijver dezes), zijn niet zo happig op theorie. Er draait veel om de betrouwbaarheid van de auto. Het gevolg is dat we zeer veel energie steken in het hoe en waarom van allerlei fysische processen. Wanneer wij een onderdeel bouwen voor een motor, dan zal onze afnemer, ook een tussenleverancier, al onze bevindingen testen op zijn (groter) deel van de motor, terwijl de uiteindelijke automobielfabrikant op zijn beurt alles weer test op de manier hoe hij de onderdelen wenst te gebruiken. Moest de automobielsector met de zelfde goedgelovigheid werken als de wetenschap, dan kon u maar beter de fiets nemen, want de auto zou niet langer betrouwbaar zijn. Eén van de projecten waar ik aan meewerkte, een snelwerkend hydraulische ventiel, nam bij ons meer dan 12 jaar ontwikkeling in beslag. Duizenden bladzijden rapportering is er geschreven, duizenden prototypes zijn er gebouwd  en ze zijn samen miljarden keer geschakeld, ze zijn gedemonteerd, onderzocht en getest in de meest bizarre omstandigheden. Dat alles voor het productie-klaar maken van dit ene product (ongeveer 6 cm groot) dat bestaat uit 17 onderdelen. Onderdelen die komen uit Duitsland, Zwitserland, Frankrijk, Japan, Portugal, enz. omdat men ze dichter bij huis niet op de juiste nauwkeurigheid kon maken!

Als je - hiermee in gedachten - de complexiteit van het onderzoek op gebied van het ontstaansvraagstuk beschouwt, dan zijn er zeer veel parameters in het spel, als gevolg van de nodige samenwerking tussen vele disciplines. Wie garandeert ons dat met alles werd rekening gehouden? Wie er vanaf wil komen door een aantal referenties naar wetenschappelijke werken te geven, zonder met de schrijvers van deze werken een degelijke communicatie over de omstandigheden gehad te hebben, kan al snel de bal mis slaan.

Het is duidelijk dat elke nieuwe toepassing van één of ander principe, eigenlijk zou moeten inhouden dat alle implicaties nauwkeurig worden onderzocht. Zijn er tot dan toe onbekende factoren die het geheel kunnen beïnvloeden? In sommige takken van de industrie is men zich zeer bewust van dit probleem. De automobielsector laat hier geen twijfel bestaan, alles moet en zal grondig gecontroleerd worden en tal van procedures zijn hiervoor geregeld. In de informatica zou eigenlijk elke nieuwe versie van een software terug van voor af aan getest moeten worden. In de consumptie-informatica laat men dit dikwijls aan de gebruikers over. En hoe verloopt dit bij de theoretische wetenschap?

Paradigma verschuiving

Wikepedia stelde ooit het volgende:

"De wetenschappelijke methode impliceert dat wetenschappelijke modellen verworpen kunnen worden als ze worden tegen gesproken door de waarnemingen. In de jaren '60 kwam Thomas Kuhn met een theorie over wetenschappelijke revoluties. Kuhn beschrijft hoe een wetenschap een stelsel is van axioma's en definities en hij noemt zo'n stelsel een paradigma. Door nieuwe waarnemingen kan een paradigma dusdanig veranderd moeten worden dat het moet worden achter gelaten, omdat het niet meer functioneert. Een goed voorbeeld hiervan is de overgang in de natuurkunde van de klassieke mechanica naar de quantum-mechanica."

 Uit het bovenstaande moeten we vooral onthouden dat volgens Kuhn, wetenschap een stelsel is van axioma's en definities. Hier wringt het schoentje. Laten we nog maar eens Wikipedia erop naslaan voor de definitie van een axioma:

" Een axioma is in de wiskunde en logica sinds Euclides en Aristoteles een niet bewezen, maar als grondslag aanvaarde stelling. "

Wetenschap, als stelsel van axioma's en definities, is gebaseerd op een bepaald wereldbeeld. In het geval van de evolutietheorie is dat de Griekse filosofie.

Een creationist kan zich niet aansluiten bij alle punten van de Griekse filosofie. Dus strikt genomen kan op basis van dit feit gezegd worden dat het creationisme geen wetenschap is. Maar indien we zoals Kuhn zegt: De waarnemingen vergelijken met het stelsel of de theorie die men verkondigt, en die waarnemingen kloppen niet met de theorie, dan moet deze achtergelaten worden! In de praktijk zal dit gewoonlijk wel gedaan worden, omdat het niet opgaat om dingen te verkondigen die tegenstrijdig zijn met de waarnemingen. Toch blijkt men in de terreinen, waar de evolutietheorie haar strijd uitvecht met het creationisme, nogal gemakkelijk de ogen te sluiten voor bepaalde feiten die niet passen in de evolutietheorie, om het gangbare paradigma staande te houden.

U begrijpt dat wij, als creationisten, deze zaken uit de doofpot willen halen. Wie wil er onwaarheid als waarheid geserveerd krijgen? Het resultaat vindt u op deze (en andere) creationistische site(s) en in allerlei boeken. We komen dan bij de situatie die Wikepedia beschrijft onder de noemer "paradigma":

"In de filosofie is een paradigma een samenhangend stelsel van modellen en theorieën die een denkkader vormen waarmee de 'werkelijkheid' geanalyseerd wordt. Langer bestaande paradigma's worden vaak niet eens meer als zodanig ervaren; onderwijs maakt een paradigma 'vanzelfspekend'. De wetenschapsfilosoof Thomas Kuhn beschreef de voortschrijdende ontwikkeling van kennis in de vorm van paradigma's. Bij het toepassen van de wetenschappelijke methode komen steeds opnieuw waarnemingen naar boven die niet in de bestaande modellen of paradigma's passen (anomalieën). Gedurende enige tijd is het mogelijk om via kleine aanpassingen van een model de nieuwe waarneming in te passen, maar soms gebeurt het dat deze opeengestapelde aanpassingen een model steeds meer onder spanning zetten: het model is niet langer mooi, maar kent vele uitzonderingen of bijzondere situaties. Op zulke momenten kan een nieuwe set theorieën ontstaan, een nieuw paradigma, dat op een andere manier alle tot dan toe bekende waarnemingen kan verklaren. Er zal zich rond de nieuwe theorie een groep wetenschappers vormen die de nieuwe theorie aanhangen, maar tegelijkertijd zal er onder andere wetenschappers een weerstand opkomen tegen deze verandering; deze laatste groep zal de oude theorie blijven verdedigen."


Wanneer de nieuwe theorie succesvol blijkt, en steeds meer aanhang krijgt, spreekt men van een paradigmaverschuiving.

Men kan dus stellen dat de creationisten al een hele tijd bezig zijn om een paradigmaverschuiving te creëren. Dat de tegenstand tegen de nieuwe theorie groot is, blijkt uit het feit dat alle wetenschappelijke artikelen, die maar een glimp van voorkeur voor het creationisme tonen, systematisch worden geweigerd als niet-wetenschappelijk. Maar anno 2019 zijn we al een tijdje niet meer alleen. Steeds meer blijkt de wetenschap misbruikt te worden door haar sponsors en worden hier en daar rapporten als wetenschappelijk voorgesteld, terwijl het onderzoek helemaal niet onbevooroordeeld is uitgevoerd en voorgesteld. Hierdoor ontstaan een soort politieke strekkingen en echte wetenschappers hebben daar een grote hekel aan. Wetenschap moet puur zijn, of ze is waardeloos!


Als creationisten stuiten we nog tegen een ander probleem, wanneer het gaat om deze paradigmaverschuiving. He creationistisch wereldmodel houdt namelijk in dat er een Schepper ter tonele komt. Dit is een rechtstreekse aanval op het humanisme! U begrijpt dat de humanistisch denkende mens hiermee een extra probleem heeft om de scheppingstheorie zonder gekleurde bril te bekijken...

Pseudowetenschap

Omdat we nogal eens te horen krijgen dat het creationisme een pseudowetenschap is, onderzoeken we dit ook nog even. Weer zoeken we in Wikepedia op wat er hiermee bedoeld wordt:

"Pseudowetenschap is elke verzameling van kennis die beweert wetenschappelijk te zijn, maar die niet voldoet aan de normale wetenschappelijke criteria als reproduceerbaarheid, aansluiting bij bekende wetenschappelijke theorieën en resultaten, goed beschreven experimenten en potentiële falsificeerbaarheid.

Vanwege deze definitie bestaat pseudowetenschap niet!

  • Als het niet reproduceerbaar is, dan is het een leugen,
  • Zijn er (nog) geen experimenten mogelijk, dan is het een theorie,
  • Past een theorie of een experiment niet in de “bekende wetenschappelijketheorieën”, dan kunnen er twee mogelijkheden zijn: ofwel is er iets nieuws gevonden en moet de theorie herzien worden, ofwel is het onderzoek dat aan het rapport voorafging niet grondig genoeg gebeurd. Het is zelfs mogelijk dat beide mogelijkheden zich samen voordoen. (Bijv.: het experiment van Fleischman en Pons). Na uitklaring van het conflict zal blijken aan welke zijde er kennis onbrak en niet dikwijls is dat aan beide zijden!
  • Verder is pseudowetenschap te onderscheiden van protowetenschap door te bekijken hoe de wetenschappelijke methode is gebruikt. Protowetenschap kan worden gedefinieerd als speculatie of een hypothese welke nog niet adequaat getest is door de wetenschappelijke methode. Met andere woorden: men is nog niet klaar met het onderzoek.

Het probleem in deze kwestie is dat de term “pseudo-wetenschap” dikwijls als (negatief) waardeoordeel wordt gebruikt. (volgens sommige bronnen is deze term net daarvoor uitgevonden!)

Ook dit artikel is ondertussen aangepast bij Wikipedia. De definitie van pesudowetenschap kan immers niet sluitend gemaakt worden.

Anno 2019 staat er het volgende op wikipedea:

“Pseudowetenschap is de benaming voor een stelsel van opvattingen, uitspraken, of handelingen dat de toets van een wetenschappelijke methode niet doorstaat, maar waarvan aanhangers toch beweren of suggereren dat het om wetenschap handelt. Ook kan het gaan om het imiteren van wetenschappelijke uiteenzettingen en verklaringen, zonder dat er onderzoek volgens wetenschappelijke protocollen (zoals dubbelblind onderzoek) aan vooraf is gegaan. Een opvatting wordt door sommigen als pseudowetenschappelijk gezien, als ze uitspraken doet over de empirische werkelijkheid, zonder deze te onderbouwen met wetenschappelijke onderzoeksresultaten.[1]

Met deze definitie valt alles wat niet met experimenten te bewijzen is onder de noemer “pseudowetenschap”, dus elke theorie, en al wat geschiedenis is....

 


[1]https://nl.wikipedia.org/wiki/Pseudowetenschap#Etymologie - https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Pseudowetenschap&oldid=53823933

 

De grenzen van de wetenschap of wetenschappelijke methode

De vraag naar de grenzen van de wetenschap of de wetenschappelijke methode dringt zich op. Waar kan het mis gaan?

Wetenschappers zijn mensen zoals elke andere mens. Ze hebben eigen ideeën, eigen overtuigingen, eigen politieke standpunten ... Het gevolg is dat ze in sommige aspecten van hun onderzoek eigenlijk al menen te weten wat er gevonden moet worden! In zo'n geval begint de evaluatie van de feiten op een verkeerd niveau. Men beslist namelijk (bewust of onbewust) om bepaalde feiten over het hoofd te zien. Wanneer een wetenschapper bijvoorbeeld een sierraad zou vinden in een steenkoollaag, dan besluit hij mogelijk dat dit sierraad er recent door iemand is verloren. Immers de steenkool lagen dateren (volgens de evolutietheorie) van ver voor het ontstaan van de mens.

Juister zou zijn dat de wetenschapper, bij deze vondst, heel anders reageert, namelijk dat hij heel attent wordt op de omstandigheden en alles duidelijk beschrijft in zijn rapportering. Hij kan hierbij aangeven dat het gaat om betwistbare feiten. Maar deze reactie opent de weg naar verder onderzoek. Herhalingen van aanverwante onderzoeken kunnen extra aandacht aan dit soort feiten geven en hierdoor misschien heel nieuwe inzichten creëren.

Voor deze manier van werken moet natuurlijk de ruimte gegeven worden door collega's en opdrachtgevers.

Als wetenschapper heb je eigenlijk de morele plicht om zo te werk te gaan. Feiten al dan niet gewild verzwijgen, bemoeilijken alleen maar het werk. Op de duur komen er toch feiten aan het licht die in strijd zijn met de rapportering uit het verleden. Eer de problemen dan van de baan zijn, moeten alle onderzoeken verschillende malen (extra) herhaald worden en zal er veel meer overleg nodig zijn dan wanneer men van de eerste maal het juiste en volledige verhaal zou hebben gerapporteerd. Tijd en geld zijn verspild en mogelijk is er zelfs menselijk leed aan te pas gekomen!  Hoe ga je met wetenschap om als christen?

Wij zouden (onbewezen) voorveronderstellingen niet zomaar mogen aannemen. Willen wij wetenschap uitvoeren in de werkelijke zin van het woord, dan moeten we een duidelijk onderscheid maken tussen reële feiten en theorieën. Men mag aannemen dat een onderzoeker of wetenschapper zijn werk met de nodige verantwoordelijkheid en kunde doet. Resultaten van metingen, observaties en allerlei reproduceerbare proeven voldoen daarom waarschijnlijk aan de waarheid, ze kunnen u (als gebruiker van deze informatie) helpen om uw omgeving te begrijpen en te besturen. Je kan ermee aan de slag als ontwerper, je kan het gebruiken in je manier van denken. Maar er zijn grenzen aan de gebruiksmogelijkheden van de resultaten van het werk van de wetenschappers. In de rapportering naar de buitenwereld worden naast de feiten dikwijls ook veronderstellingen over nog niet onderzochte of niet te onderzoeken zaken bekend gemaakt … en die zijn dus niet altijd even bruikbaar als informatie over de waarheid. Wil je deze zaken gebruiken dan moet je zelf de bruikbaarheid testen of duidelijk voor ogen houden, en aan de buitenwereld aangeven dat het om een theorie of veronderstelling gaat. Het grote probleem van de man in de straat is, dat hij de meeste gegevens uit de wetenschap niet echt nodig heeft. Hij zal daarom niet geneigd zijn om die gegevens te testen en neemt ze daarom als waar aan.